#1101 Bureau Jeugdzorg Eindhoven
De hier al veelbesproken gescheiden vader uit Eindhoven kreeg vandaag weer een nieuwe klap te verwerken. De Raad voor de Kinderbescherming had in juli 2012 besloten om nog eens een keer (nu al voor de derde keer) onderzoek te doen, vandaag werd het conceptrapport ontvangen.
Was de Raad voor de Kinderbescherming de eerste twee keer nog positief, deze keer had de Raad een bocht van 180 graden gemaakt om het rapport naadloos te laten aansluiten op de (met leugens en laster doorspekte) rapporten van Bureau Jeugdzorg Eindhoven. Ettelijke pagina’s zijn besteed aan de visie van de moeder en BJZ (de trouwe lezer weet inmiddels dat die beide visies identiek zijn), de visie van vader is nauwelijks te vinden en bestaat enkel uit wat losse opmerkingen verspreid door het document.
Nog minder aanwezig dan de visie van de man is de waarheid: het hele document hangt van de tegen de man gerichte leugens en laster aan elkaar. Allerlei meningen worden als vaststaand feit gepresenteerd, talloze beweringen over de man zijn door de raadsonderzoeker mevrouw van der H. klakkeloos overgenomen zonder ook maar één kritische vraag te stellen. Aan één van de incidenten is zelfs een halve pagina besteed: de man zou autobanden lek gestoken hebben maar uit het politierapport van het incident blijkt onomstotelijk dat hij dit niet gedaan heeft. Desondanks wordt het wel als waarheid gepresenteerd.
Bij deugdelijk onderzoek hoort bij iedere bewering gevraagd te worden naar de onderbouwing; wordt die onderbouwing niet geleverd dan mag de bewering niet in het rapport worden opgenomen. Door alles echter kritiekloos over te nemen heeft mevrouw Van der H. zich dan ook niet als een onderzoeker gedragen maar als een kopieerapparaat.
Niet alleen bij Bureau Jeugdzorg maar kennelijk ook bij de Raad voor de Kinderbescherming wordt dus kennelijk gewerkt volgens het principe: “Wij doen niet aan waarheidsvinding”.
Het uiteindelijke advies van de Raad: geef de moeder eenhoofdig gezag en stel geen omgangsregeling op. In de vorige rapporten was het advies juist omgekeerd: geen gezagswijziging omdat dit niet in het belang van de kinderen was, en heel snel omgang omdat de kinderen in de knel raakten. De hele situatie is in wezen niet veranderd maar op mysterieuze wijze zitten de kinderen nu opeens niet meer in de knel.
Zo zijn er nog meer zaken in het rapport die duidelijk aangeven dat de hele situatie volledig uit de klauwen aan het lopen is. Maar volgens de Raad voor de Kinderbescherming gaat het uitstekend met de kinderen…
In de zaak van de 45-jarige Eindhovenaar waarover op deze site al vaker geschreven is valt weer een nieuwe ontwikkeling te melden. De betrokken gezinsvoogden van Bureau Jeugdzorg Eindhoven hadden eerder al tegenover de man verklaard dat BJZ de komende maanden helemaal niets meer zou gaan doen om een omgangsregeling met zijn kinderen tot stand te brengen, ondanks het feit dat BJZ daartoe wel een jaar geleden al opdracht van de Rechtbank heeft gekregen.
Vandaag ontving de man hetzelfde verhaal nog eens maar nu schriftelijk. De inhoud laat aan duidelijkheid weinig te wensen over: Bureau Jeugdzorg verklaart hier zwart op wit de opdracht van de Rechtbank de komende maanden naast zich neer te leggen, waarmee BJZ een totaal gebrek aan respect voor de Rechtbank, de man en zijn kinderen demonstreert.
Het enige onduidelijke aan de brief is de verwijzing naar “dreigementen”; de vader is zich namelijk van geen dreigementen bewust en gaat er dan ook vanuit dat het hier gaat om het zoveelste verzinsel van Bureau Jeugdzorg.
Vanochtend vond een gesprek plaats tussen een 45-jarige cliënt van Bureau Jeugdzorg Eindhoven en de aan zijn kinderen toegewezen gezinsvoogden. De man had het gesprek anderhalve week eerder al ingepland, Bureau Jeugdzorg weigerde vervolgens, maar dankzij de vasthoudendheid van de man is het gesprek toch doorgegaan.
Het gesprek op zich bleek tamelijk zinloos te zijn — geen ongebruikelijk verschijnsel bij gesprekken met Bureau Jeugdzorg. Volgens de man misbruikt zijn ex-partner zijn kinderen als wapen tegen hem en wordt zij tot op de dag van vandaag door Bureau Jeugdzorg in bescherming genomen. Eerder leidde dat al tot een klacht tegen zowel de toenmalige gezinsvoogd als diens leidinggevende, alsmede aangifte tegen beiden. De klachten zijn door de Klachtencommissie gegrond verklaard, het strafrechtelijk onderzoek naar aanleiding van de aangiften loopt nog. Naar het zich laat aanzien staat de geschiedenis nu op het punt zich te gaan herhalen.
De ex-partner en de kinderen van de man zijn al sinds 28 juni 2012 spoorloos, alle tekenen wijzen er op dat de vrouw naar het buitenland is gevlucht met de kinderen, maar desondanks blijft Bureau Jeugdzorg volhouden dat ze met vakantie zijn. Volgens een van de gezinsvoogden zou de vrouw aangegeven hebben dat ze donderdag 19 juli 2012 terug zouden keren. Opmerkelijk, want jongstleden vrijdag liet de advocaat van de vrouw nog aan de advocate van de man weten dat ze of het inmiddels afgelopen weekend terug zou keren of het komende weekend. Wie een vakantie boekt weet echter voor vertrek de terugkeerdatum al; het is dus op z’n zachtst gezegd merkwaardig dat de vrouw inmiddels al drie verschillende data van terugkeer heeft opgegeven.
Een van de gezinsvoogden liet zich ontvallen dat hij wist waar de vrouw en kinderen waren en probeerde zich vervolgens te herstellen door te zeggen dat hij niet precies wist waar ze naar toe waren. Later gaf hij aan niet te weten waar de vrouw en de kinderen op vakantie waren maar het toch niet zou vertellen al zou hij het wel weten. Tegenstrijdigheid ten top!
Kennelijk weten beide gezinsvoogden dus wel degelijk waar de verdwenen kinderen van de man zijn. Daar men weigert die informatie aan de vader te verstrekken, en vastgesteld is dat er juridisch sprake is van internationale kinderontvoering, zijn beide gezinsvoogden dus medeplichtig aan aan de door de moeder gepleegde misdrijven.
De geschiedenis lijkt zich te gaan herhalen: de man heeft beide gezinsvoogden inmiddels per e-mail gesommeerd om vóór hedenmiddag 17:00 uur het verblijfadres van zijn kinderen aan hem door te geven, anders zal hij aangifte tegen hen doen wegens medeplichtigheid aan “twee gevallen van onttrekking van een minderjarige aan het wettig gezag (artikel 279 Sr)” en medeplichtigheid aan internationale kinderontvoering. Tevens zal hij dan een klacht indienen bij de Klachtencommissie.
Een van de gezinsvoogden had nog een mededeling: hij gaat de komende weken “rustig achteroverleunen”. De Raad voor de Kinderbescherming gaat eerst opnieuw onderzoek doen, op 11 september 2012 volgt dan een pro-formazitting om een nieuwe zittingsdatum vast te stellen waarop de zaak inhoudelijk behandeld wordt bij de Rechtbank. Tot die zitting geweest is gaat Bureau Jeugdzorg niets meer ondernemen om een omgangsregeling tot stand te brengen.
Dat zulks niet in het belang van de kinderen is moge duidelijk zijn. Helaas is dat niet eens meer nieuws; het zou pas nieuws zijn als Bureau Jeugdzorg eens een keer wèl in het belang van de kinderen zou gaan handelen.
Het heeft een tijd geduurd, maar vandaag ontving een 45-jarige cliënt van Bureau Jeugdzorg Eindhoven eindelijk de reactie van BJZ op de uitspraak van de Klachtencommissie naar aanleiding van een klacht welke hij tegen een gezinsvoogd van BJZ had ingediend.
Vestigingsdirecteur mevrouw M.A. van Heel is het deels wel maar deels niet met de Klachtencommissie eens. Samengevat komt het er op neer dat ze van mening is dat er niet echt veel fout gegaan is en dat de schuld voor wat er wel fout gegaan is voornamelijk bij de vader ligt, ondanks dat het uit dossier iets heel anders blijkt. Met name de reactie van mevrouw Van Heel op de klachten 3a, 3b, 4 en 5 spreken wat dat betreft boekdelen.
Verder veel mooie woorden over “nieuwe start” en “op een constructieve manier [..] gaan werken aan het tot stand komen van een omgangsregeling”, de vader in kwestie meldt echter dat deze mooie woorden tot op heden niet zijn omgezet in positieve actie. Hij vreest met grote vreze dat Bureau Jeugdzorg hem op enigerlei wijze zal gaan straffen voor het feit dat hij een klacht heeft ingediend. Gezien de verhalen die op Internet de ronde doen over dergelijke praktijken zou die vrees wel eens gegrond kunnen zijn.
Sinds afgelopen zondag hangen er affiches in de Eindhovense binnenstad met ondere andere in grote letters het woord: “Ontvoerd!” en een foto van twee uit Eindhoven ontvoerde kinderen.
De posters blijken afkomstig te zijn van een 45-jarige inwoner van Eindhoven wiens kinderen door hun moeder vorige week naar het buitenland zijn ontvoerd. De man is zijn posteractie gestart omdat de Eindhovense politie weigert de zaak serieus te nemen en zelfs geweigerd heeft om aangifte op te nemen. Ook Bureau Jeugdzorg Eindhoven, waar de beide kinderen sinds een jaar onder toezicht staan, weigert actie te ondernemen.
Volgens de man was Bureau Jeugdzorg vooraf gewaarschuwd voor de ontvoering en is ook bij de politie melding gemaakt van dreigende ontvoering maar wordt hij overal afgescheept met “ze zullen wel op vakantie zijn”.
De man heeft op de posters tevens het webadres geplaatst van een website met meer informatie. Begrijpelijk, want zo heel veel info krijg je natuurlijk niet kwijt op één A4-formaat poster. Dagelijks worden er door onbekenden posters verwijderd, waarop de vader in kwestie weer nieuwe ophangt. Hij heeft aangegeven door te zullen gaan tot zijn kinderen terug zijn.
Artikel in Eindhovens Dagblad
Vandaag moest door de Rechtbank een beslissing genomen worden over verlenging van de OTS (dat was binnen tien minuten geregeld). Enkele minuten voor de zitting kreeg de man een kopie onder ogen van een artikel in het Eindhovens Dagblad over zijn posteractie. Uit het artikel blijkt dat men op de stadsredactie van het Eindhovens Dagblad kennelijk nooit gehoord heeft van het goed-journalistieke principe van de hoor en wederhoor.
De stadsredactie had geïnformeerd bij de politie, welke beweerde dat de zaak onderzocht was en daarbij niet gebleken zou zijn dat er sprake zou zijn van een misdrijf. Op grond van artikel 279 Sr (onttrekking van een minderjarige aan het wettig gezag) is dat echter wel het geval. Wat de politiewoordvoerster verzwegen heeft is dat er in het geheel geen onderzoek is gedaan, de man bij zijn melding van dreigende internationale kinderontvoering niet serieus genomen werd, en de politie daags erna zelfs weigerde om aangifte van ontvoering op te nemen.
De vader in kwestie heeft verklaard dat het al eerder gebeurd is dat het Eindhovens Dagblad geen belangstelling had voor bijzonder kritische verhalen over de overheid. Volgens hem is het Eindhovens Dagblad meer een spreekbuis voor de gemeente Eindhoven en de politie; gezien de verkwanseling door het Eindhovens Dagblad van het degelijke journalistieke principe van hoor en wederhoor lijkt het vermoeden van de man gerechtvaardigd.
Het is zeer kwalijk dat het Eindhovens Dagblad het verhaal van de politie klakkeloos overneemt zonder het (inmiddels zeer uitgebreide en uitermate schrijnende verhaal) van de vader in kwestie te kennen — een verhaal waarin de Eindhovense politie ook veelvuldig voorkomt door gedrag waar men bij de politie bepaald niet trots op hoeft te zijn. Door plaatsing van het gewraakte artikel wordt de man feitelijk afgeschilderd als een soort Don Quichotte in plaats van als een man die al jaren vecht voor zijn kinderen en daarbij continu door alle instanties wordt tegengewerkt.
De stadsredactie van het Eindhovens Dagblad heeft bepaald geen reden om trots te zijn op zichzelf. Maar wellicht dat er op de burelen van het Eindhovens Dagblad nog ergens een journalist te vinden is die zijn of haar werk wel naar behoren verricht en ook eens de andere kant van het verhaal in de krant zet.